Het wetsvoorstel Participatiewet in Balans moet zorgen voor meer vertrouwen. Ook moet de uitvoering voor gemeenten eenvoudiger worden en kunnen professionals meer rekening houden met wat er speelt in iemands leven.
De highlights van dit wetvoorstel:
- De discussie rondom samenwonen met iemand met een zorgbehoefte wordt opgelost: heeft één van de twee een zorgbehoefte, dan is er geen sprake van een gezamenlijke huishouding.
- De tegenprestatie verdwijnt en wordt vervangen door ‘maatschappelijke participatie’. Dit is gericht op deelname aan het maatschappelijk leven en met ruimte voor eigen invulling.
- Er is meer oog voor mensen die gebruik maken van de Participatiewet maar waarbij werk niet – of niet op korte termijn – aan de orde is.
- Artikel 12 PW komt te vervallen. Jongeren van 18, 19 of 20 jaar die geen beroep kunnen doen op hun ouders krijgen een eigen aanvullende bijstandsnorm.
- De norm voor iemand met een niet-rechthebbende partner wordt gelijkgesteld aan de van toepassing zijnde alleenstaanden norm.
- Alleenstaande ouders met een niet-rechthebbende partner, die geen recht hebben op de ALO-KOP op het kindgebonden budget krijgen een eigen, hogere norm.
- De geüniformeerde verplichtingen komen te vervallen. Voor een aantal verlagingen komt een aparte Algemene Maatregel v Bestuur.
- De Taaleis, artikel 18b PW wordt geschrapt.
- Inkomen wordt in aanmerking genomen naar de periode waarin erover kan worden beschikt.
- Het Bufferbudget wordt ingevoerd, bedoeld om schommelingen in het inkomen als gevolg van inkomsten verrekeningen op te vangen.
- Onbetaalde mantelzorg kan niet worden aangemerkt als op loon te waarderen arbeid.
- De inkomstenvrijlatingen worden vereenvoudigd: 1 vrijlating van 15% voor de duur van een jaar met mogelijkheid tot verlenging. Daarnaast blijft de vrijlating voor medisch urenbeperkten.
- Bij tussentijdse vermogensmutaties wordt er gekeken naar het actuele vermogen en dus niet meer maar het resterend vrij te laten vermogen. Die systematiek wordt losgelaten zodat het beter uitlegbaar is.
- Hergebruik van gegevens bij een nieuwe aanvraag binnen 12 maanden wordt mogelijk.
- Bijstand met terugwerkende kracht tot 3 maanden wordt mogelijk.
- Een voorschot wordt minimaal 95% van de te verstrekken bijstand.